Verdedigen met een Kalasjnikov

door Bert Dokter |

Ik kan me het moeilijk voorstellen: de tengere dame voor mij met een Kalasjnikov in haar handen. Vika heet ze, 32 jaar en moeder van twee kinderen. Eind vorig jaar is ze met haar gezin en schoonmoeder halsoverkop naar Armenië gevlucht vanuit een dorp vlakbij Martuni in Nagorno-Karabach.

Vika met haar dochter Eva, in Ranchpar

“Op 19 december begonnen de beschietingen. Ons leger moest zich terugtrekken. Wij bleven achter. Ons huis is in het dorp het eerste huis vanaf de grens. Door de gemeente werden wapens uitgedeeld zodat we onszelf konden beschermen. Wij weten waar de Azeri’s toe in staat zijn. Mijn man hield dag en nacht de wacht. Maar als hij niet meer wakker kon blijven nam ik het over.” verteld Vika. “Toen het bombardement begon was Eva, mijn dochter, op de kleuterschool. Ik ben er naar toe gerend om haar op te halen maar in blinde paniek nam ik een ander kind mee. Ik ging terug en Eva was daar nog alleen.”

“Alles hebben we moeten achterlaten” vult haar man Evrik aan. Hij was boer en heeft zijn bedrijf zelf opgezet. “We hadden 25 koeien en 35 varkens, graan, tractoren en een combine. Veel varkens hebben we geslacht want door de blokkade1 was er hongersnood. Er was gebrek aan alles, medicijnen, brandstof. Op 25 december werd de blokkade opgeheven. Wij zijn op 30 december vertrokken met die vrachtwagen die je buiten ziet staan. In de laadbak hebben we nog drie gezinnen meegenomen. Voor onze spullen was geen plek. Alleen deze koelkast. De tocht was erg zwaar. We hebben meer dan 24 uur in de file gestaan. In die file zijn mensen gestorven aan hartfalen vanwege de stress.”

Toekomstperspectief

Voor Elmira, de moeder van Evrik, is het de derde keer dat ze naar Ranchpar is gevlucht. De eerste keer was in 1994, daarna in 2020 en nu weer. Een oom van haar, die inmiddels niet meer leeft, had hier een huis. Hier heeft ze nu weer onderdak gevonden. “Maar het ziet er niet naar uit dat we terug gaan naar Artsakh2. We willen graag maar hebben daar geen hoop meer voor. Het is er niet veilig. En het is gebleken dat de Russen ons ook niet helpen.”

De truck waar ze mee vluchten

Het gezin probeert het leven weer op te pakken. “Het allerbelangrijkste is dat wij het hebben overleefd. We zijn al onze spullen kwijt maar we hebben elkaar nog.” zegt Vika. Vika gaf les in de Russische taal en heeft werk gevonden op de school in Ranchpar.  “Met onze gedachten zijn we nog vaak in Artsakh. Eva pakt nog elke dag haar koffertje. Ik wil naar huis zegt ze dan”. Evrik hoop ooit weer boer te kunnen worden, maar ziet op dit moment daar nog geen mogelijkheden voor.

Het gezin is erg dankbaar voor de hulp die ze de afgelopen maanden via Mission Possible heeft ontvangen. Ze hebben  brandhout gekregen, voedselpakketten en hygiëne materiaal. En elk gezin kreeg de mogelijkheid om voor de kinderen winterkleding en schoeisel te kopen.

“God zij geloofd voor jullie hulp! Die hulp heeft ons er de eerste maanden doorheen gesleept. Het heeft ons het gevoel gegeven dat we er niet alleen voorstonden.”

 

Geef voor het werk in Armenië

 

1Ruim een jaar lang werd de Lachin-corridor, de enige weg die Nagorno-Karabakh met Armenië verbindt geblokkeerd door Azerbeidzjan. De blokkade heeft geleid tot een groot tekort aan voedsel, medicijnen en brandstof met als gevolg een humanitaire crisis voor de 120.000 inwoners van Nagorno-Karabakh.

2Artsakh was de naam van een provincie in het oude koninkrijk Groot-Armenië, dat bestond van 190 voor Christus tot 165 na Christus. De oude naam Artsakh is mogelijk afgeleid van de naam van koning Artaxias I, stichter van het koninkrijk Groot-Armenië. In februari 2017 werd de betwiste Republiek Nagorno-Karabach officieel de “Republiek Artsakh”. De vluchtelingen noemen hun geboortegrond Artsakh.

Vraag gratis magazine aan!