Ontmoeting met Tanya

door Gerande Sikkema |

Ik heb een kop thee in mijn handen. Zwijgend kijk ik eroverheen naar de overkant van de ontbijttafel. Daar is Bert in gesprek met Tanya. Een kleine, vrolijke en vriendelijke jonge vrouw. Mijn directe collega uit Odessa, Oekraïne. Ze spreken Russisch, de taal die ze beiden beheersen. Af en toe versta ik een woordje, maar ook zonder dat ik het gesprek kan verstaan, weet ik hoe het met haar gaat. De diepe wallen onder haar ogen spreken genoeg.

Ze vertelde me dat ze eerst dacht dat de oorlog een week zou duren. Daarna hoopte ze op drie weken. Nu zijn we al anderhalf jaar verder. Anderhalf jaar diepe onzekerheid. Vrienden zijn gevlucht. Families zijn verscheurd. Haar nachtrust wordt steeds vaker onderbroken door gillende sirenes. De aanvallen op haar stad nemen toe. En dan heeft ze daarnaast dagelijks te maken met allerlei praktische problemen als onstabiele elektriciteit. Als ik eraan denk om zo te moeten leven, duizelt het me al. Ze lacht als ik haar vraag: “Hoe houdt je dat vol?”

Tanya troost een vrouw na een raketinslag.

Grote verantwoordelijkheid

Volgende week wordt ze ingezegend tot leider van haar kerk. De mannen zitten aan het front. Daarnaast heeft Tanya de leiding over Mission Possible Oekraïne. Ze vertelt me dat als ze ’s ochtends wakker wordt, ze dankbaar is voor weer een nieuwe dag. ‘In de Bijbel staat: elke dag heeft genoeg aan zijn eigen last. Ik kende dit Bijbelvers goed, maar pas nu weet ik écht wat het betekent. Deze tekst is echt voor mij gaan leven.’ Ze lijkt zo sterk als ze getuigt van de kracht die God haar elke dag geeft.

Maar ze is ook eerlijk. Af en toe slaat de hopeloosheid en de moedeloosheid toe. “Als je bidt en er lijkt niets te veranderen, is dat heel erg zwaar. Ik overtuig mezelf er af en toe van dat we echt de kracht van de Heer mogen verwachten. Ik moet heel bewust op die momenten mijn vertrouwen op de Heer stellen.” Ze vertelt dat de steun van de gelovigen uit de rest van Europa ontzettend belangrijk is op die momenten.

Hulpvraag

En dan kijkt ze weer vrolijk: ‘ik was zo blij met de hulpgoederen die jullie uit Nederland hebben gestuurd. Ze waren echt een antwoord op mijn gebed.’ Vrijmoedig vraagt ze of ze nog meer spullen mag. Ze zijn zo hard nodig. Met name de thermoskannen, thermoskleding, warme hoodies en het elektrische apparatuur zijn erg goed bruikbaar. Zonder dat Bert en ik overleg hebben, knikken we allebei. Uiteraard sturen we meer deze winter. Gaan we regelen.

‘Hoe zit het met de literatuur die we hebben gestuurd? De gewone Bijbels en de kinderbijbels?’ vraag ik via Bert als tolk. Tanya ogen gaan glimmen. ‘Ja, heel graag! De mensen nemen de Bijbels vaak aan en ik kan regelmatig in gesprek over het geloof. Het geeft me elke keer weer moed, dat juist in deze omstandigheden zoveel mensen over Jezus mogen vertellen. Uiteindelijk is dat onze échte Hoop!’

Inmiddels ben ik weer thuis. Veilig bij mijn gezin. Tanya is ook weer thuis. Ons dagelijkse werk wacht. Ik ga bellen om het transport te regelen. En als we straks gaan eten, bidden mijn kinderen. Voor de mensen in de Oekraïne. Ik bid mee, en in gedachten zie ik Tanya.

Vraag gratis magazine aan!