‘Heb je de explosies vanochtend vroeg ook gehoord?” vraagt Tanya als ik aan het ontbijt zit. “Ja, twee explosies, rond een uur of zes” antwoord ik. “Maar volgens mij was er geen luchtalarm”. “ Nee, dat klopt” zegt Tanya. “Dit waren ballistische raketten die vanuit de Krim worden afgevuurd. Die slaan binnen 2 minuten bij ons in. Te snel voor het luchtalarm om ons te waarschuwen”.
Terwijl we nog aan tafel zitten gaat het luchtalarm af. Tanya kijkt op haar telefoon. Via een Telegram kanaal ontvangt ze informatie over de dreiging. “We kunnen blijven zitten. Dit zijn drones maar ze vliegen niet onze kant op”.De mensen in Odesa zijn gewend geraakt aan dit soort situaties en proberen er zo goed mogelijk mee om te gaan. Als de vrijwilligers binnenkomen om met ons naar de dorpen te gaan is het luchtalarm niet eens onderwerp van gesprek.
“We hebben ons aangepast aan deze nieuwe realiteit” zegt Tanya. “Als je niet met deze stress om kunt gaan moet je vertrekken”.
Op bezoek in de dorpen
Vandaag bezoeken we de dorpjes Shiroka Balka en Povstanske. Het programma verloopt volgens een vast stramien. Er wordt gestart met de buitenactiviteiten voor de kinderen. Daarna gaat het programma binnen verder. De kinderen bekijken een episode van Superbook, een animatie van Bijbelverhalen. Daarna krijgen ze uitleg en beantwoorden vragen. En er wordt afgesloten met een knutselactiviteit.
Het valt me op dat de kinderen aan alle onderdelen met enthousiasme meedoen. Vandaag is ‘de intocht in Jeruzalem’ het onderwerp van de les. Volgende week wordt in Oekraïne Pasen gevierd. Terwijl de kinderen bezig zijn, raak ik in gesprek met Maya. Haar beide dochters Anya en Zlata komen graag naar de club vertelt ze me.
“Ze slaan nooit over. Het geeft hun veel afleiding, zeker nu. Ze missen hun vader erg. Hij is nu al bijna twee jaar aan het front. Per jaar vijftien verlofdagen. De kinderen hopen dat hij in de zomer verlof kan krijgen. Dan kunnen we op vakantie. Elke keer als er een vader met verlof terugkeert, vragen ze mij waarom papa geen verlof heeft. Dit jaar zijn we 16 jaar getrouwd. Sinds dat we zijn getrouwd ben ik nooit een dag alleen geweest, totdat hij werd opgeroepen. Hij kwam ’s avonds altijd thuis vanaf zijn werk. Hij werkte in de bouw in Odesa. Gelukkig hebben we wel regelmatig telefonisch contact. We hopen en bidden dat de oorlog gauw voorbij is en dat mijn man levend terugkeert”.